Het
is al halftwaalf wanneer het pièce
de résistente van het achtgangenmenu wordt opgediend.
‘Het is teveel,’ stamelt Raaf.
Ook Anna duizelt het inmiddels van de talloze smaakindrukken, maar de ober
steekt zijn riedel met een stoïcijnse blik af.
‘Voor u ligt een
Schotse patrijs met zacht gegaarde zuurkool, krokant gebakken bloedworst en
gelakkeerde buikspek.’
‘Je kunt er ook om
lachen,’ bijt Anna hem toe. Ze is het zat zoals hij haar
faux pas maar blijft inwrijven. Goed, het was
ondoordacht om hem na zijn ontwikkelingshulpdebat mee te voeren naar een
tweesterrenrestaurant, maar daarom hoeft
hij toch niet de hele avond te verzieken? De derde wereld
bestaat, maar deze wereld ook.
Driftig snijdt ze
een stukje van de patrijs
af. Haar adem stokt. Naast de patrijs ligt een quenelle van iets wat op
aardappelpuree lijkt, en uit de quenelle steekt een haar, een stugge, blonde
haar.
‘Gadverdamme, kijk
dit.’
‘Wat?’
‘Een háár!‘
‘Ah joh,’ verzucht
Raaf vermoeid.
‘Ah joh? Dit kan echt
niet! Ik moet hier iets van zeggen. Twee sterren, godbetert.’
Anna zwaait naar een
ober.
‘Meneer, er steekt een haar uit de quenelle.’
‘Meneer, er steekt een haar uit de quenelle.’
‘O. Dat is
vervelend. Wenst u een nieuw hoofdgerecht?’
‘Ik geloof dat ik
wel genoeg heb gehad.’
‘Nogmaals, heel
vervelend dit, we gaan het regelen.’
De ober pakt het
bord op en maakt zich haastig uit de voeten. Anna buigt over de tafel.
‘Wat
zou hij bedoelen met “dat gaan we
regelen”?,’ fluistert ze.
Raaf staart haar
glazig aan. Zijn gezicht, dat
al de hele avond bleek was, is nu grauw.
‘Ik voel me echt
niet goed, Anna, sorry.’
Hij legt zijn
handen op zijn buik en leunt wat achterover in zijn stoel. Plotseling schiet
hij met een klap naar achteren en begint te tuimelen. Anna slaakt een gil. Nog net op tijd
weet Raaf de tafelrand vast te grijpen. De rugleuning van zijn stoel klettert
op de grond. Van alle kanten komen obers aangerend.
‘Excuses’,
zegt een van hen, 'het is niet de
eerste keer dat dit gebeurt.'
Verbijsterd opent
Anna haar mond,
maar het gaat allemaal te snel, binnen luttele seconden wordt Raaf op een
andere stoel gezet, is het kapotte exemplaar afgevoerd, staat het dessert op
hun tafel en de sommelier ernaast, die geen woord aan de toestand vuil maakt.
‘De wijn die we
hierbij voor
u hebben uitgekozen, is een...’
‘Ik
moet even...’ mompelt Raaf, en
komt wankel omhoog.
Strompelend
begeeft hij zich naar de uitgang. Anna snelt achter hem aan.
‘O nee, niet
hier,’ roept ze nog, maar het is al te laat, Raaf klapt dubbel en het volledige
tweesterrenmenu, inclusief
amuses en wijn, belandt in een brei op de stoep, pal naast de rode loper van
Beluga.
Raaf blijft een tijdje
hijgend voorovergebogen staan. Anna legt haar hand op zijn rug. Was het geen aanstellerij de hele avond, zou hij echt ziek zijn?
Ineens ongerust voelt ze
aan zijn voorhoofd.
‘Jezus, je hebt
koorts. En niet zo’n beetje ook.’
Alsof die woorden
hem een laatste zetje geven, zakt Raaf in elkaar.
Patrijs met
zuurkool op huis-tuin-en-keukenwijze
Benodigdheden
(4-6 prs.):
4
plakjes gerookt spek
100
gr. boter
750
gr zuurkool
200
gr zuurkoolspek
1
ui
100
ml witte wijn (liefst Riesling)
1
dl. water
6
pimentkorrels
2
laurierblaadjes
Bestrooi
de partijzen met zout en peper en omwikkel ze met de plakjes spek. Bak de
vogels rondom bruin.
Bak
ui in gesmolten boter glazig. Schep de zuurkool, de kruiden en de wijn erdoor.
Smoor de zuurkool in een half uurtje gaar. Bedek de patrijzen met de zuurkool
en laat ongeveer een uur sudderen. Haal de patrijzen uit de pan en halveer ze.
Snijdt het zuurkoolspek in plakjes. Verwijder de pimentkorrels en
laurierblaadjes uit de zuurkool. Leg de patrijzen in een schaal, omring ze met
de plakjes spek en de zuurkool. Geef hierbij aardappelpuree.
2 opmerkingen:
Wat leuk!
Ik kijk uit naar het volgende deel, leuk! Succes en groetjes.
Een reactie posten